“De samenleving is het huis dat we samen bouwen”, zegt rabbijn Sacks.
De vraag is: “hoe creëren we een samenleving waarin we ons kunnen verbinden met elkaar?”
Emoena startte in 2016 in Frankrijk onder het initiatief van Pauline Bebe, de eerste vrouwelijke rabbijn in Frankrijk. Zij stelde vast dat in Frankrijk, omwille van de laïciteit, te weinig ruimte was voor gesprek tussen religieuze en spirituele leiders enerzijds en tussen de overheid en vertegenwoordigers van de verschillende levensbeschouwelijke tradities anderzijds. Met het oog op grote maatschappelijke uitdagingen, zoals discriminatie, fundamentalisme en de migratiecrisis is dit een ernstig probleem. Emouna – France startte daarom een leiderschapsprogramma dat nu reeds aan haar zesde jaargang bezig is. In 2019, startte ook in Nederland en Wallonië een gelijkaardig programma.
In september zal ook in Vlaanderen het programma van start gaan.
Emoena is een 15-daags leiderschapsprogramma voor mensen die bruggen willen bouwen tussen hun eigen levensbeschouwelijk perspectief, de ander en de samenleving. Sleutelwoorden hierbij zijn studie en kritische reflectie, interlevensbeschouwelijke dialoog en maatschappelijk engagement.
Emoena richt zich op: religieuze voorgangers, priesters, imams, rabbijnen, monniken, consulenten. Daarnaast verwelkomen we ook geestelijk verzorgers en mensen die in hun professionele omgeving te maken krijgen met levensbeschouwelijke diversiteit. Het programma is ook geschikt voor wie bij de lokale of centrale overheid met levensbeschouwelijke verscheidenheid te maken heeft.
Emoena Vlaanderen is deel van een Europees netwerk. Na Frankrijk, Nederland en Wallonië zal het leiderschapsprogramma ook wellicht aangeboden gaan worden in Luxemburg en Italië.
Onze VPKB kerk is veelkleurig en divers. Zoals we op Profest 2019 mochten ervaren. De dood van George Floyd en de velen protesten raken dan ook velen in onze kerk.
De VPKB heeft dan ook een verklaring geschreven tegen racisme.
Onze kerk heeft de strijd tegen racisme al langer op de agenda staan en er bestaat reeds materiaal (binnen en buiten de VPKB) voor gesprekken en ook om hier ook liturgisch mee aan de slag te gaan.
Op de webpagina van Kerk in de Samenleving vindt u materiaal om te gebruiken in de gemeente.
VPKB
In 1984 verscheen een Open Poort nummer met als titel Racisme. Hier vindt u het artikel van Marc Lenders “Economische structuren en racisme“.
“De Belijdenis van Belhar en haar betekenis voor ons.” Deze brochure is er gekomen naar aanleiding van de aanvaarding van het Partnerschap met de URCSA (United Reformed Church of Southern Africa). In deze belijdenis wordt racisme in scherpe bewoordingen afgekeurd. In de nieuwe brochure van Belhar vindt u de volledige liturgische versie hieruit een fragment. Wij geloven de Drie-enige God, Vader, Zoon
en Heilige Geest, die door zijn Woord en Geest zijn
Kerk verzamelt en samenroept uit heel het menselijk
geslacht; haar beschermt tegen inslapen en gemakzucht
en haar verzorgt opdat het verzoeningswerk van
Christus zichtbaar wordt..
… Daarom verwerpen wij elke leer, elke theologie, elke ideologie die de scheiding van mensen op grond van ras, afkomst of sekse sanctioneert en daardoor de verzoening in Christus bij voorbaat belemmert en ontkracht….
…Daarom geloven wij dat de Kerk mensen in elke vorm van lijden en nood moet bijstaan, wat onder andere ook inhoudt dat de Kerk zal getuigen en zal strijden tegen elke vorm van ongerechtigheid…
…Daarom verwerpen wij elke ideologie die vormen van ontrechting legitimeert en elke leer die niet bereid is om vanuit het Evangelie zo’n ideologie te weerstaan
De VPKB heeft in 2015 de Belijdenis van Belhar in art.1 van haar Constitutie en Kerkorde opgenomen.
Er is ook te denken aan getuigenissen van jongeren. In de Rabotkerk kwamen enkele jongeren aan het woord over hoe en waar zij racisme ervaren.
Verweer
“Vrijheid zonder grenzen” is een tekst van Jan Pronk met daarin een aantal stappen om in verzet te komen.
Orbit vzw
Een van de vier thema’s waarrond Orbit vzw werkt is het effectieve aanpak van racisme.
ORBIT vzw wil bijdragen aan het keren van racisme en discriminatie in de individuele levenssfeer en in maatschappelijke instellingen.
En geeft hier rond ook vorming. Ze zoeken ook verbondenheid met andere initiatieven.
Labo vzw werkt interactief via onder andere gesprekscirkels. Zij hebben ervaring met het thema ‘white privilege‘.
In deze muzikale documentaire wordt ingezoomd op gezamenlijke uitdagingen van gemeenschappen van kleur. In 9 zelfgeschreven nummers verbindt Pravini de strijd tegen Zwarte Piet, de strijd voor de erkenning van koloniale misdaden die Nederland heeft begaan in Indonesië, de strijd voor de bevrijding van Palestina en de strijd in het politieke veld voor een inclusieve samenleving. “The Uprising” biedt hiermee een unieke kijk op het verzet tegen racisme in Europa door de ogen van mensen van kleur.
Black lives matter wil niet zeggen dat ander leven er niet toe doet. Wel is het een roep om hulp omdat de strijd tegen racisme niet gedaan is.
De VPKB is een kleine kerk, toch kent ze vele werkgroepen, commissie en raden.
Met deze cursus willen we een overzicht bieden over onze kerkstructuur. We hopen hiermee niet alleen nieuwe ambts- en taakdragers wegwijs te maken in het geheel.
Door middel van de vragen geeft deze cursus ook de gelegenheid om over de kerkstructuur in gesprek te gaan.
U doorloopt de cursus op eigen tempo, aan de hand van opgenomen materiaal. Het is uiteraard leuker en ook interessanter indien u deze cursus ook met anderen volgt.
De cursusopbouw is als volgt:
De mensheid staat op de drempel van radicale veranderingen die haar toekomst ingrijpend zal beïnvloeden. De mogelijkheden voor genetische verandering heeft een hoge vlucht genomen en de technologische ontwikkelingen op dit vlak nemen exponentieel toe. Gen-bewerking opent nieuwe horizonten, maar brengt ook een veelheid aan nieuwe ethische en theologische vragen en uitdagingen met zich mee.
Christenen beseffen dat de mens grote gaven van God heeft ontvangen. Dat wij het werk van Gods handen toevertrouwd hebben gekregen, betekent dat de mens ook een grote verantwoordelijkheid draagt. Creativiteit en vindingrijkheid zijn essentiële aspecten van wat het betekent om gemaakt te zijn naar Gods beeld. Tegelijkertijd moeten we in gedachten houden dat Paulus schreef: “…. onderzoek alles en behoud het goede..”. (1 Thes.5:21). Niet alles wat mogelijk is, is ook wenselijk en verantwoord.
Genetische modificatie is een gecompliceerde kwestie, maar het is veel te belangrijk om het alleen aan ‘specialisten’ over te laten. Gezien het belang en de urgentie van de kwestie willen de Werkgroep Kerk in de Samenleving en de Commissie Vorming van de Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB) een breed denkproces organiseren binnen de VPKB.
Materiaal
Een handzame flyer kan dienen als gespreksmateriaal in de gemeente. Gespreksvragen en illustraties bieden een opstap om met elkaar in gesprek te komen.(afdrukken in pdf boekvorm tot a5). Ook in Franstalige versie beschikbaar.
Een uitgebreide brochuregaat dieper in op de vragen: welke voorwaarden kan en moet gen-bewerking worden toegestaan en op kwesties die verband houden met het gebruik van de CRISPR/Cas9 technologie. Ook in Franstalige versie beschikbaar.
Een kleine introductie wat genetische modificatie is, biedt school t.v. Zij leggen in een aantel interessante introductiefilmpjes in beeld en uit wat genetische manipulatie is. Het wordt immers niet alleen gebruikt in menselijke DNA maar ook in de voedingsindustrie.
Meer informatie?
We willen als commissie vorming bijdragen aan de discussie in samenwerking met de werkgroep Kerk in de Samenleving en stellen daarom een aantal boeken en een film aan u voor om te lezen en te bespreken.
Hier vindt u een aantal artikelen die de discussie kunnen voeden:
Een uitzending van de AVRO/TROS gaat in op wat DNA analyse voor mogelijkheden heeft.
Het gaat van het selecteren van topsporters tot erfelijke aandoeningen.
Het oktober nr. van de Open Poort 2003 “Grenzen van het leven”, bracht dit thema ook onder de aandacht.
Hieronder vindt u de vier artikelen die hoewel gedateerd, het gesprek op gang kunnen brengen.
In verschillende gemeenten komen mensen uit diverse landen: Rwanda, Congo, Iran, Indonesië, de Filipijnen of andere landen. Deze kerkleden maken volop deel uit van de gemeente. Met zoveel verschillende cultuurachtergronden, maar ook geloofsachtergronden lijkt het niet meer dan logisch en van belang om elkaar te leren kennen, ook in het verstaan van bijbelverhalen. Sommigen lezen de bijbel al was het hun eigen levensverhaal, terwijl anderen meer van afstand het verhaal willen bestuderen.
Opzet
Een Bijbelgroep in de week is niet altijd evident vanwege de kinderen en werk. Het is soms even zoeken naar een geschikt tijdstip. Een zondag aansluitend aan de dienst is vaak nog wel een optie. Dit hangt van groep tot groep af.
Belangrijk bij het intercultureel bijbellezen is dat er een huiselijke, familiale sfeer wordt gecreëerd, waarbij er ook iets te eten valt. Het werkt vaak heel goed door iedereen te vragen iets mee te brengen dat gedeeld kan worden met anderen. In coronatijd is dat vaak niet evident. Geef de groepsleden ook de gelegenheid om in de eigen taal voor te gaan in gebed, of een lied als afsluiting te laten zingen.
Voor de Bijbelteksten is de Nieuwe Bijbelvertaling geschikt en ook de Bijbel in de eigen taal. Hou er rekening mee dat taalverschillen zijn.
Uiteraard is het tof indien je een reeks als Ruth kunt lezen, maar wat ook mogelijk is om aan te sluiten bij het leesrooster, waardoor er teruggegrepen kan worden op een preek, of juist de inbreng geïntegreerd kan worden in de dienst. Verhalende bijbelteksten geven sneller mogelijkheden voor gesprek.
Zo geeft het Bijbelboek Ruth de gelegenheid om met elkaar kennis te maken. Wat is de betekenis van onze naam? Waar komen we vandaan? Wat verwachtte je van je nieuwe land, of een nieuwe situatie en kwamen deze verwachtingen uit?
De rol van het bijbelverhaal is als die van een deelnemer in het gesprek. Het bijbelverhaal wordt niet boven of over het verhaal van de deelnemers gelegd. Het verhaal dient eerder als spiegel. Naast de persoonlijke verhalen komt een gelijkend verhaal uit de bijbel met een mogelijk eigen inbreng en een mogelijkheid tot een ander inzicht. Toch wordt het ook belangrijk gevonden uitleg te geven over de tekst. De begeleider kan dit doen door zijn of haar lezen van de Bijbeltekst in te brengen. Niet als enige juiste uitleg wel om de verscheidenheid in lezen te voeden.
Mogelijke vorm:
1. Onthaal, koffie of een maaltijd. Neem hiervoor de tijd. Het bijpraten is erg belangrijk.
2. Indien er nog geen gebed geweest is bij het begin of voor het eten, dan is het nu de gelegenheid.
3. Neem eerst de tijd om de tekst goed te lezen. Laat deze lezen in de eigen taal en als je een Nederlandse tekst neemt vraag dan of alle woorden begrepen zijn.
Daarna kun je naar de vraag naar de boodschap van de tekst.
4. Voor vrouwen groepen werkt het erg goed om iets te knutselen of te doen, waardoor verder gepraat kan worden. Mocht daar geen tijd voor zijn of is dat niet geschikt voor de groep dan volgt de fase waar je (in kleine groepjes) doorspreekt hoe de tekst doorwerkt in het eigen leven. Het is geen doorgedreven exegese, wel een vraag naar het verstaan van de Bijbeltekst in het eigen leven.
5. Afsluiten met een lied of gebed door één van de deelnemers. Moedig hen aan om te zingen of te bidden in de eigen moedertaal.
Omgaan met diversiteit
De geloofsdiversiteit binnen de groep kan groot zijn, bovendien getuigen ook de deelnemers vaak in hun levensverhalen zelf van een pluriforme identiteit: cultureel of godsdienstig. Deze culturele pluriformiteit is vaak ontstaan door migratie of doordat zij behoren tot een culturele minderheid. Soms zie je ook dat het geloof van het huisgezin verlaten wordt voor een andere bewuste keuze bijvoorbeeld van katholiek naar protestant, van evangelisch naar protestants, van islam naar protestants. Probeer deze verschillen te overstijgen door het gezamenlijke proces te benoemen: samen proberen Gods Woord te verstaan, samen werken aan een gemeenschap van openheid en gastvrijheid.
Overigens kan het ook interessant zijn om liturgische elementen in dienst tot onderwerp van gesprek te maken. Hoe ging het Avondmaal in het thuisland in zijn werk? Willen mensen hun doop verhaal vertellen? Hoe zag het kerkgebouw eruit en de posities? Is er wel een gebouw?
Uiteraard kunt u gebruik maken van het materiaal rond contextueel bijbellezen, dat nu ook in het Frans is verschenen.
Alles verandert, ook de kerk. Eeuwenlang waren de ambten in een calvinistische kerk helder en duidelijk: de academisch opgeleide predikant – en dat was op weinige uitzonderingen na de gemeentepredikant – en de door de gemeenteleden gekozen ouderlingen en diakenen. In de laatste jaren verandert echter de structuur van de kerk, in België net zoals in vele andere Europese kerken.
In de VPKB kwamen er ‘pioniers’ bij: zij zijn geen predikanten, hoeven geen master in theologie te hebben en proberen nieuwe vormen van kerkelijke presentie en van christelijke gemeenschapsvorming te ontwikkelen. Desalniettemin zijn ze normaliter verbonden aan een door de Belgische staat erkende predikantsplaats en worden als predikanten betaald.
Afgezien van de pioniers werden in de laatste jaren ook ‘bovenplaatselijke functies’ gecreëerd, bv. voor vorming of communicatie. Deze nieuwe functies konden door predikanten of niet-predikanten ingevuld worden.
Als gevolg ontstond er een nieuwe bezinning rond ambten en functies in de kerk. Wat is het eigene van het ‘predikambt’? Waar, wanneer en onder welke voorwaarden mogen niet-predikanten in een eredienst voorgaan en de sacramenten bedienen? De vraag naar de lekenpredikers maakt deel uit van de grotere vraag naar veranderende kerkelijke structuren die eigentijds zijn en tegelijk in overeenstemming met de protestantse traditie.
De werkgroep Kerk in de Samenleving (KidS) heeft voor u liturgisch en bezinningsmateriaal voor Scheppingszondag gemaakt. Dit is gebeurd in samenwerking met Ecokerk. Uiteraard staat dit in het teken van Covid 19 en hoe dit samenhangt met het klimaat, maar ook met de manier van voedselproduceren. Wij hebben nog extra materiaal voorzien.
Een ideaal onderwerp lijkt ons om ook een plaats te geven op een startzondag of andere gelegenheden en zeker wanneer er samen gegeten en gekookt wordt.
Voor ons vandaag komt er nog iets bij, namelijk leren waar ons voedsel vandaan komt en wie het maakt. Ook daar is heel wat recht te trekken. Laat u echter niet weerhouden om er op uit te trekken, te experimenteren en vooral laat het u smaken.
We hopen ook dat u van uw ervaringen een verslagje maakt, zodat deze in de weekly of op de website van de VPKB geplaatst kan worden.
Het gesprek op gang brengen U kunt natuurlijk ook beginnen met gespreksavonden. U kunt gebruik maken van een paar filmpjes:
Het gesprek kan ook opgang komen door te vragen wie er in de gemeente een moestuin heeft of een volkstuin. Laat hen eens aan het woord, laat hen van hun oogst meebrengen of ga ter plaatse. Wie weet is een oogstdienst wel een unieke gelegenheid om meerdere mensen iets te laten meebrengen. Een andere mogelijkheid is om een bezoek te brengen aan een volkstuin dicht bij de kerk. En de vraag op tafel te leggen waar komt ons eten eigenlijk vandaan?
Belangrijk is om eens de bij een landbouwer op bezoek te gaan, hoe goed gaat het met hen?
Er zijn verschillende mogelijkheden:
Organiseert u een etentje, kies dan zoveel mogelijk voor de korte keten en seizoensgroenten. Recht van bij de boer geeft u overzicht van allerlei verkooppunten van markten, voedselteams en zelfpluk.
En waarom niet eerst samen plukken en dan samen koken. Zeker kinderen zullen echt wel willen smullen van hun zelf geplukte groenten of fruit.
Heeft u hier allemaal geen tijd voor, via de website: Boeren en Buren kunt u zelfs online bestellen.
Wilt u kiezen voor broodje met vegetarisch broodbeleg dan zij er allerlei recepten uit te proberen via de website van Velt.
Doe Mee
Misschien wilt u ook in de gemeente wel samen gaan tuinieren. Zelfs al heeft u geen tuin, een muur kan ook al heel goed zijn. Een geveltuin bijvoorbeeld of een muurtuin
U kunt kiezen om deze in te richten voor decoratie, bloemschikken uit eigen tuin. Indien de lucht zuiver genoeg is kunt u ook denken aan fruit of groenten, een eetbaar paradijs. De opbrengst van uw tuin kunt u natuurijk zelf op eten, maar u kunt deze misschien ook schenken aan sociale centra zoals de protestantse sociale centra. Dat vraagt natuurlijk overleg en planning.
Wilt u toch ook een solidariteitsactie met boeren buiten België. Denk dan aan de actie van Broederlijk Delen en het kopen van producten om de Griekse boer te steunen.
Tenslotte
Alle links bevatten opzichzelf weer een bron van informatie. Deze selectie zet u enkel op weg naar duurzaam voedsel. We hopen u binnenkort ook op de hoogte te brengen van initiatieven binnen de VPKB. Mocht u ideeën hebben waar anderen van kunnen leren of aan mee kunnen doen, geef ze aan ons door, en vergeet niet uw ervaringen te delen met de hele VPKB.
Dit is een bekende christelijke hymne, geschreven door de Engelsman John Newton in 1772. Het lied een van de meest herkenbare liedjes in de Engelstalige wereld, met de boodschap dat vergeving en verlossing mogelijk zijn ongeacht de begane zonden en dat de ziel uit wanhoop kan worden verlost door de genade van God.
Amazing grace (how sweet the sound), that saved a wretch like me! I once was lost, but now I am found, was blind, but now I see.
John Newton (geboren in 1725) moest niet veel hebben van het geloof in God. Zijn moeder stierf toen hij nog geen zeven was. Op 11 jarige leeftijd ging hij met zijn vader mee op zee. Zo kwam hij ook op schepen terecht die ingezet werden voor de slavenhandel. Toen zijn vader met pensioen ging, monsterde hij tegen zijn vaders wil in op een schip dat naar de Middellandse Zee voer. Zijn vader had hem liever zien vertrekken naar de plantages van Jamaica. Het waren roerige jaren waar hij uiteindelijk in slavernij kwam bij Prinses Peye van het Shrebo volk in het huidige Sierra Leone. Door toe doen van zijn vader kon hij terug keren. Het schip raakte echter in een storm. Het is op die reis dat hij zich bekeerde en zich vanaf dan verre hield van gokken en drinken. Later zei hij dat zijn ware bekering pas enige tijd later plaatsvond: “Ik kon mezelf niet beschouwen als een gelovige in de volle zin van het woord, tot geruime tijd daarna.”
John Newton bleef nog tot 1754 betrokken in de slavenhandel. Hij voer tenminste met drie schepen mee die slaven verhandelden.
Vanaf 1755 maakte hij werk van zijn studie theologie om in 1764 geordineerd te worden als Anglicaans Priester.
In 1788, 34 jaar nadat hij zich had teruggetrokken uit de slavenhandel, verbrak Newton een lange stilte over het onderwerp met de publicatie van een krachtig pamflet Thoughts Upon the Slave Trade, waarin hij de afschuwelijke omstandigheden van de slavenschepen op de Middenpassage (slavenroute) beschreef. Hij verontschuldigde zich voor
“een bekentenis, die … te laat komt … Het zal voor mij altijd een onderwerp van vernederende reflectie zijn, dat ik ooit een actief instrument was in een zaak waar mijn hart nu van siddert”.
John Newton was zeker niet de enige in zijn tijd die (uiteindelijk) voor de afschaffing van de slavernij was en zich hierover uitsprak. Ze waren echter wel in de minderheid.
Er zijn al veel boeken geschreven over religie en secularisme. En dus vraagt een mens zich af of er nog iets nieuws onder de zon kan zijn. Het boek van Jonas Slaats ‘Religie herzien’ slaagt daar wonderwel in, al is het maar omdat de auteur zelf bekend is met verschillende religies en deze ook vanuit een binnen perspectief kan beschrijven, zonder daarbij te vervallen in de platitude dat alles hetzelfde is.
Maar de auteur neemt ook de vrijheid om het begrip religie niet te definiëren maar om zeven vooronderstellingen over religies te bespreken. Deze vooronderstellingen leven overigens bij wie zich gelovig noemt en wie zich seculier noemt. De vooronderstellingen over religie hebben bovendien ook verbindingen met het westers kolonialisme. Jonas Slaats laat zien dat de tegenstelling die er tussen religies en seculier gemaakt wordt, ten eerste een valse tegenstelling is. Misschien was deze tegenstelling een tijd nuttig, nu blijkt dat ze niet enkel overbodig is maar ook kwalijke kanten heeft.
Zo komt er ruimte om op het begrip religie te herzien en daarmee ook de seculariteit. Want ook seculariteit dient bevraagd te worden. Jammer genoeg wordt niet echt een overstijgend begrip geformuleerd zodat we de kans lopen deze tweedeling in stand te houden.
Jonas Slaats ziet een herziening van het begrip religie eerder door religie te zien als taal. De interlevensbeschouwelijke dialoog is daarmee een oefening om elkaars taal te leren verstaan. Met de metafoor van de taal, ontstaat er ruimte voor de idee dat mensen meerdere talen spreken of dialecten. Dit idee vraagt inderdaad nog een verdere uitwerking, want of je hiermee de tweedeling overkomt, is nog maar de vraag. In elk geval biedt de metafoor van de taal wel mogelijkheden voor een dialoog.
Dit boek is in mijn ogen dan ook een must voor al wie de interlevensbeschouwelijke dialoog serieus wil nemen.
Over het begrip religie werd ook webinar gegeven door Jonas Slaats. Het is in het Engels.
Het boek vertrekt vanuit een specifieke problematiek en vraagstelling. Vrouwen participeren in talloze activiteiten van de interlevensbeschouwelijke en interculturele dialoog. Ondanks hun inzet zijn vrouwen nauwelijks zichtbaar of worden niet gehoord op sommige niveau´s van de dialoog. Laten we eerlijk zijn, niet iedereen ligt hier wakker van. Niet in elke groep rond de interreligieuze dialoog, zal dit als struikelblok erkennen. De bijdragen door de verschillende auteurs zowel mannen als vrouwen bieden echter voor een ruimer publiek hun waarde.
De auteurs bieden vanuit de eigen praktijkobservaties, – verhalen van vallen en opstaan -, een mogelijke verklaring voor het ondergesneeuwd raken van het vrouwelijk standpunt in de dialoog. Is het fenomeen te verklaren vanuit de religie, vanuit de gender of zijn mogelijk andere factoren hiervoor verantwoordelijk? De mechanismen spelen niet alleen binnen de interreligieuze dialoog. Ze spelen ook in elk overleg dat werk wil maken van de pluriformiteit binnen de groep en in elk gesprek dat ruimte wil geven aan het zoeken naar “het nieuwe wij”.
De samenstellers kiezen voor een ruime definitie van de interreligieuze dialoog. Ze spreken liever over interlevensbeschouwelijke ontmoetingen. Deze term sluit immers beter aan bij de opvattingen van vrouwen over wat een dialoog zou moeten zijn. Deze dialoog gaat immers niet alleen over het verschil in communiceren tussen mannen en vrouwen maar ook over het omgaan met het patriarchaat, de machtsvraag, de conflicten, welke stemmen tot zwijgen gebracht worden. Dit zijn immers niet noodzakelijk de vrouwelijke stemmen. En passant komen ook de verschillende dialoogmethoden naar boven en de relevantie van een gezamenlijke maatschappelijke context voor de dialoog. Dit boek geeft een genoeg invalshoeken om in elke eigen groep over genderongelijkheid het gesprek aan te gaan en om zo de activiteiten te versterken.
Riet Bons-Storm/Nelly van Doorn-Harder
Dubbele Dialoog. Vrouwen en mannen in interreligieuze ontmoetingen.